Anemonen

Vanuit mijn raam zat ik weken lang elke dag te wachten tot zij voorbij zou komen. Zij liep dan telkens om dezelfde tijd op het voetgangersbruggetje over het verbindingskanaal. Zij liep niet, ze zweefde en elke keer voelde ik mij warm worden van binnen.

Eindelijk op een dag stond ik haar op te wachten met een grote bos anemoontjes, witte met een donker hartje. Van op een afstand keek ze in mijn richting en glimlachte vriendelijk. Toen deed ik een stap naar voor en sloeg haar een paar keer met mijn anemonen in het gezicht tot ik alleen nog enkele slappe stengels overhield.

Kort daarna ben ik verhuisd. Maar dagelijks denk ik aan haar, dan doe ik mijn ogen dicht en voel mijn hart kloppen in mijn keel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten